Werkzaamheden van de Sammelverwaltung feindlicher Hausgeräte (SfH)
De SfH had het beheer over inboedels van 'vijanden' die door de Deutsche Revisions- und Treuhand AG (DRT) in beslag waren genomen. Duitse ambtenaren die met hun gezinnen tijdelijk in Nederland waren gestationeerd konden goederen huren tegen 10% van de taxatiewaarde voor de inrichting van hun huizen. De afdeling van de Sfh die zich hiermee bezighield stond bekend onder de naam "Heim in Holland". Op 15 oktober 1941 werd door de Generalkommissar Fischböck aangekondigd dat de goederen onder beheer van de SfH voortaan naar Duitsland vervoerd moesten worden ter vervanging van de huisraad die door bombardementen en luchtaanvallen aldaar verloren was gegaan. De meeste goederen werden overgebracht naar de getroffen steden Münster, Mannheim, Lübeck en Keulen.
Een aantal in beslag genomen goederen mochten niet verhuurd waren. Dit waren meestal waardevolle zaken, zoals kunstvoorwerpen, schilderijen, kostbare antieke meubelen, Perzische tapijten, bibliotheken, gouden en zilveren juwelen. Deze goederen konden als 'reichswichtig' aangemerkt worden en kwamen zo in handen van de Dienstelle Mühlmann die aankopen deed voor Duitse musea en belangrijke nazi's, en de Einsatzstab Reichsleiter Rosenberg die huisraad van gedeporteerde joden in beslag nam. Het overgrote deel van de in beslag genomen goederen werd geveild via Nederlandse venduhuizen.
Beheer en liquidatie na de oorlog
Tot de taken van het Nederlands Beheersinstituut (NBI) behoorde onder meer de vereffening en liquidatie van een aantal Duitse roofinstellingen. Het NBI stelde mr. S. Roest Crollius aan als beheerder/liquidateur voor de Sammelverwaltung feindlicher Hausgeräte (SfH) en de Geschäftsstelle für Verwaltung feindlicher Warenlager (GfW). (Zie archief Beheerder/liquidateur van de Sammelverwaltung feindlicher Hausgeräte en de Geschäftsstelle für Verwaltung feindlicher Warenlager).