De Commissie voor Arbeidsaangelegenheden bestond uit een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter en maximaal twintig leden. Zij werden bijgestaan door een secretaris en zo nodig door een adjunct-secretaris. Deze werden allen benoemd, geschorst en ontslagen door de Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië. De leden waren ambtenaren of personen die geacht werden werkgevers- respectievelijk werknemersbelangen te vertegenwoordigen.
De commissie had een vertegenwoordiger te Den Haag, waartoe was aangewezen een hoofdambtenaar van de Dienst voor Sociale Zaken van het ministerie voor Overzeese Gebiedsdelen.
De voorzitter van de Commissie voor Arbeidsaangelegenheden was mr. B.J. Lambers.